24 oktober 2011

De metamorfose van Jan Hupperts



Zaterdagochtend, repetitieruimte Toonkunstkoor Maastricht.

Stipt om 10.00 uur begint Jan Hupperts met inzingoefeningen. Geen seconde muziektijd wil hij verknoeien. Laatkomers worden genegeerd, misschien niet eens opgemerkt. De muzikale energie komt vrij.
Jan heeft de laatste tijd in zijn persoonlijk leven een aantal flinke tegenslagen moeten incasseren. Ook in die moeilijke tijden heeft hij nauwelijks één repetitie verzuimd. Dat is veel meer dan plichtsbesef alleen. De muziek maakt ongekende krachten bij hem vrij, geeft hem energie. Op het moment dat hij voor het koor staat of achter de vleugel plaatsneemt, voltrekt zich een metamorfose. Hij betreedt een andere wereld en in die wereld is hij onvermoeibaar. Muziek lijkt hem onaantastbaar te maken.
Het is een wereld waarin hij nu al 65 jaar als dirigent en nog langer als pianist leeft. Een wereld die weinig geheimen meer voor hem kent maar waarin hij ook blijft leren. Zoals hij zelf vaak zegt: “in al die grote meesterwerken valt iedere keer weer iets nieuws te ontdekken”. Die metamorfose als koorlid meemaken is fascinerend en ongetwijfeld één van de redenen waarom zijn zangers hem zo trouw blijven.

In een recent interview met Dagblad De Limburger zegt Jan: "Mijn gehoor is eigenlijk te goed. Ik hoor te veel". Sterker nog, tijdens de repetitie hoort Jan de fouten nog voor ze zijn gemaakt. "Ik waarschuw al maar vast, die tweede noot moet zachter".
Jan bespeelt het koor bijna als een piano. Dit komt het duidelijkst naar voren in zijn aandacht voor frasering, dynamiek en ritme. De drie muzikale elementen waar Jan het meest op hamert. "Die boogjes staan er niet voor niets". "Deze noten staccato, kijk maar naar de begeleiding". Vervolgens hoort het koor tijdens het zingen bij iedere staccato noot Jan erbovenuit: "los, los, los...."
"Die achtste noot iets benadrukken, die staat er niet voor niets. Die had de componist ook kunnen weglaten, dan klinkt het ook wel, maar zo heeft hij het niet bedoeld”.
Kenmerkend voor Jan is dat geen enkel detail aan zijn aandacht ontsnapt. Met een bewonderenswaardige vasthoudendheid onderbreekt hij bij iedere onvolkomenheid. Hij gaat niet verder voordat het helemaal goed is. Nou ja, helemaal: "het kan altijd beter".
De grote lijnen komen pas aan het eind van een repetitieperiode aan bod. Het koor zou dat wel eens wat eerder willen, Jan is echter onverbiddelijk. Eerst de details, dan het geheel. "Nu kunnen we pas echt muziek gaan maken", zegt hij dan.

Zoals reeds gezegd: muziek geeft hem energie, troost en soms ook pijn. Vooral als er weer eens "geschmierd" wordt, kijk je als koorlid in een van pijn vertrokken gezicht. Alsof iemand hem een stomp in de maag heeft gegeven. "Vreselijk, buikpijn krijg ik hier van”.
Maar soms, een heel enkele keer, zegt Jan na een mooi gezongen passage - bijna terloops - "niet slecht". De maximale lof...  en tevreden gezichten bij de zangers.

En dan is het 13.00 uur, na bijna drie uur staand achter de piano vraagt de onvermoeibare ietwat beschroomd aan zijn zangers: “mag ik nog vijf minuutjes doorgaan of zijn jullie te moe?”
Je hebt dan de indruk dat hij nog wel uren door zou kunnen gaan.
Slechts één ding duurt Jan op zo´n zaterdagochtend te lang... de pauze!


(Uit het programmaboekje bij het feestelijk concert op zondagmiddag 23 oktober 2011 ter gelegenheid van Jan Hupperts 90ste verjaardag en 65 jarig dirigentenjubileum - tekst: Pascal Nypels - foto's: Marijke Perquin.)